WAAROM BURGERSCHAP EN
WAAROM BOUWSTENEN?
Op basis van de wet op burgerschap heeft curriculum.nu bouwstenen omschreven die kunnen helpen bij het vormgeven van burgerschap op school. De wettelijke eisen rondom burgerschap zijn er, maar voor veel scholen is dat nog wat vaag. De huidige opdracht is: scholen moeten een visie hebben op burgerschap én moeten daar naar handelen. Die visie en de handelswijze moet doelgericht en samenhangend zijn. Maar: hoe begin je hieraan?
Waar andere vakken kerndoelen hebben, heeft burgerschap dat niet. Dat maakt het voor scholen lastig om doelgericht met burgerschap om te gaan. De bouwstenen kúnnen helpen om burgerschap tastbaarder en doelgerichter te maken. Anderzijds biedt het niet hebben van kerndoelen ook kansen. Burgerschap is hierdoor vrijer in te vullen en kan heel breed ingezet worden. Als je maar voldoet aan de eisen die de wet aan burgerschap stelt.
Ook bij een les Engels, bijvoorbeeld, kun je iets met de bouwsteen ‘vrijheid en gelijkheid’. Bij biologie kun je iets met de bouwsteen ‘diversiteit’, en ga zo maar door. Wel vraagt de wet van scholen dat datgene wat zij doen aan burgerschap samenhangend is.
Wat hierbij in mijn ogen een uitkomst kan bieden is een duidelijke leerlijn voor burgerschap op school. Een leerlijn op basis van de bouwstenen en de visie van de school kunnen zo een mooie start zijn om burgerschap samenhangend te maken. Mocht je hier specifieke vragen over hebben of advies willen; vul dan het contactformulier in.
Waarom burgerschap op school?
De kern van burgerschap draait om democratie en diversiteit. Burgerschapsonderwijs heeft als doel leerlingen te ontwikkelen tot democratische burgers. Door het aanbieden van kennis en het ontwikkelen van vaardigheden worden leerlingen gestimuleerd eigen opvattingen te ontwikkelen en daarnaast om te kunnen gaan met andere opvattingen. Curriculum.nu noemt daarbij drie basiswaarden die hierbij belangrijk zijn: vrijheid, gelijkheid en solidariteit. De school is bij uitstek een mooie oefenplaats om met deze basiswaarden aan de slag te gaan. Daarbij kan de verbinding gelegd worden tussen deze waarden, de eigen leefwereld en grotere (mondiale) vraagstukken.
Het onderstaande is omschreven op basis van eerdere artikelen of aanbevelingen van SLO en curriculum.nu. Leerdoelen die in de beschrijving van de bouwstenen worden benoemd zijn er slechts een paar en vaak een beknopte samenvatting van wat curriculum.nu adviseert. Voor uitgebreidere omschrijvingen en aanbevelingen verwijst burgerschapseducatie.com u daarheen.
1. Vrijheid en gelijkheid
Vrijheid en gelijkheid zijn onlosmakelijk verbonden met een democratische cultuur. Het is hierbij de bedoeling dat leerlingen leren over waar deze democratische cultuur op gebaseerd is en hoe die is ontstaan.
Leerlingen leren over mensenrechten en de verschillende verdragen waarin deze rechten zijn opgenomen. Tussen sommige waarden die bij een democratische cultuur horen, en mensenrechtenverdragen kunnen spanningen ontstaan. Leerlingen leren deze spanningen duiden en begrijpen hoe zij onrecht en ongelijkheid aan de orde kunnen stellen. ​
2. Macht en inspraak
De democratische rechtsstaat is een manier om mensen te beschermen tegen willekeur en machtsmisbruik. Het spreidt de macht en geeft burgers inspraak. Leerlingen leren hier over het belang van regels en afspraken en hoe die tot stand zijn gekomen. Op microniveau (het klaslokaal), maar ook groter, bijvoorbeeld over (politieke) instituties in Nederland, Europa en de wereld. Leerlingen leren hier over de verschillende staatsvormen die er zijn en over de wording, werking en waardering van de staatsinrichting van Nederland en Europa en het belang van de trias politica.
Deze bouwsteen heeft dus een sterke kenniscomponent. Wanneer die kennis er is, is het mogelijk om met leerlingen na te denken over welke invloed zij hebben op besluitvormingsprocessen en hoe zij die zelf kunnen organiseren. Leerlingen leren daarnaast kritisch te zijn op de voor-en nadelen van internationale samenwerking.
Aan de hand van de actualiteit is het mogelijk om de rol van de macht in maatschappelijke vraagstukken te onderzoeken. Daarnaast is het belangrijk dat leerlingen ook leren over de grenzen van een democratische rechtsstaat. Dilemma’s die te maken hebben met globalisering en technologie lenen zich vaak voor gesprekken over spanningen die er in een democratische rechtsstaat zijn. Denk bijvoorbeeld over de spanning tussen privacy en veiligheid.
3. Democratische cultuur
Een vereiste om een democratische cultuur te onderhouden is dat burgers mee kunnen doen en rekening houden met de gedachten, gevoelens en overtuigingen van anderen. Leerlingen kunnen op school leren van elkaar en oefenen in het omgaan met verschillen. Leerlingen leren op school participeren in een democratische cultuur. Het is hierbij belangrijk dat leerlingen zelf leren/weten wat zij belangrijk vinden en dit onderbouwd kunnen uiten. Ook, en misschien juist, als dit een minderheidsstandpunt is. Leerlingen leren hoe ze middels een dialoog/debat anderen kunnen proberen te overtuigen van hun mening en leren te luisteren naar de mening van anderen. Op basis van nieuwe inzichten leren leerlingen kritisch kijken naar hun eigen mening en deze mogelijk bij te stellen. Soms ontstaan er over verschillen tussen leerlingen conflicten. Leerlingen leren deze vreedzaam op te lossen of accepteren dat sommige conflicten nu eenmaal kunnen blijven bestaan. Het is wenselijk dat deze bouwsteen gedurende de hele schoolperiode voortgezet wordt en verbonden wordt aan profielvakken en LOB.
4. Identiteit
Vanuit het uitgangspunt dat iedereen gelijk is voor de wet heeft iedereen de vrijheid een eigen identiteit te ontwikkelen. Die identiteit is gelaagd en kan verschillende aspecten omvatten zoals de sociaaleconomische achtergrond, religie of levensbeschouwing, culturele achtergrond, fysieke en mentale mogelijkheden, politieke overtuiging, seksuele oriëntatie of gender-expressie. Het is belangrijk dat leerlingen zich bewust zijn of worden van hun eigen identiteit, maar ook leren dat identiteiten van anderen kunnen verschillen van hun eigen identiteit. Op school leren leerlingen om te gaan met overeenkomsten en verschillen tussen identiteiten en leren zij hoe hun eigen identiteit mede wordt gevormd door de omgeving. Leerlingen leren hun eigen identiteit ontdekken en leren hoe deze identiteit hun eigen denken beïnvloedt. Vanuit de eigen identiteit bepalen leerlingen hun eigen plek in de publieke ruimte.
In de praktijk betekent dit dat leerlingen hun eigen grenzen herkennen, benoemen en bewaken, zowel emotioneel en fysiek. Het is belangrijk dat leerlingen begrijpen dat hoe zij denken vaak verband houdt met de ontwikkelingen die zij op hun jonge leeftijd doormaken. Leerlingen leren hun idealen, overtuigingen en (voor)oordelen uit te drukken op een respectvolle manier. Daarnaast leren leerlingen hier ook reflecteren op schoonheidsidealen, gender, sekse en seksualiteit en de hoe zij zich daartoe willen verhouden. Vanuit deze bouwsteen is het ook goed dat leerlingen onderzoeken wat hun toekomstbeeld is. Leerlingen kunnen vanuit hun identiteit ontdekken wat talenten en ontwikkelingsmogelijkheden zijn. Ook hier is het goed om de verbinding te leggen tussen profielvakken en LOB.
5. Diversiteit
Deze bouwsteen is een logisch vervolg op de vorige bouwsteen. Leerlingen leren zich hier te verplaatsen in hun klasgenoten en andere mensen uit hun omgeving. Leerlingen identificeren zich vaak met mensen uit de media (bekende youtubers, musici etc) en spiegelen zich hieraan. Leerlingen leren op school over religieuze en culturele stromingen en tradities en welke rol die in onze samenleving spelen. Ook leren leerlingen over seksualiteit, verschillende seksuele orientaties en gender-expressies. Leerlingen leren hoe deze diverse samenleving is ontstaan en hoe je hiermee omgaat. Leerlingen proberen zich te verplaatsen in anderen en rekening te houden met het welbevinden van de ander. Zij leren hoe hier respectvol mee om te gaan in gedrag en taalgebruik. Over diversiteit in al zijn vormen bestaan veel overtuigingen en ideeën. Leerlingen leren dit te herkennen en leren hun eigen overtuigingen te onderzoeken en leren daarnaast hoe soms ogenschijnlijk onoverbrugbare verschillen naast elkaar kunnen bestaan.
6. Solidariteit
Hoewel iedereen in de samenleving gelijke rechten heeft, zijn gelijke kansen niet gelijk verdeeld. Het roept de vraag op hoe iedereen een volwaardige plaats kan innemen in de samenleving. Voor het samenleven is het belangrijk dat kinderen leren hoe ze rechtvaardigheid en inclusie kunnen bevorderen. Op school worden leerlingen geconfronteerd met vraagstukken als ongelijkheid, discriminatie en uitsluiting. Leerlingen leren onrecht herkennen en maken zich manieren eigen om voor de ander hier én ergens anders op te komen. Leerlingen leren nadenken over de rol die overheid, middenveld en burgers kunnen spelen bij het bevorderen van solidariteit en rechtvaardigheid. Leerlingen leren vraagstukken te onderzoeken die te maken hebben met discriminatie, inclusie, rechtvaardigheid en solidariteit te onderzoeken en te zoeken naar mogelijkheden om daar verandering in te brengen.
7. Digitaal samenleven
(Sociale) media zijn een onlosmakelijk onderdeel geworden van de ontwikkeling en dagelijkse leefwereld van kinderen. De school is een belangrijke omgeving om te spreken over de verschillende voor-en nadelen van het veelvuldig gebruik van media alsook het op waarde schatten van informatie. Leerlingen leren de gevaren van mediagebruik te herkennen voor zichzelf en proberen verantwoordelijk te handelen. Leerlingen leren wat mediagebruik met hen doet en leren zich bewust te worden van de gevolgen van hun mediagebruik. Daarnaast is het belangrijk dat leerlingen leren wat (on)betrouwbare bronnen zijn voor nieuwsgaring en wat het effect is van onbetrouwbaar nieuws (fakenews). Leerlingen leren ook hoe hun sociale-media gebruik zich verhoudt tot hun privacy en de privacy van anderen en proberen de veiligheid en privacy van zichzelf en anderen te bewaken en te respecteren.
8. Duurzaamheid
Door menselijk handelen en natuurlijke krachten verandert de leefomgeving van de mens in rap tempo. Dat roept vragen op omtrent duurzaamheid. Leerlingen leren kritisch te kijken naar de rol van (mondiale) politiek maar ook naar hun eigen handelen. Ze onderzoeken hun eigen keuzes en opvattingen en die van anderen over hoe om te gaan met de leefomgeving. Hierbij is het belangrijk dat leerlingen kijken naar welke krachten en machten die keuzes beïnvloeden of bemoeilijken. Leerlingen leren daarnaast later in de schoolcarrière over de sustainable development goals en andere duurzaamheidsdoelstellingen en de ambities van een aantal regeringen die zich hieraan verbonden hebben.
9. Globalisering
Globalisering is een gegeven en op Europees en mondiaal niveau zijn mensen steeds meer met elkaar verbonden. Door het gebruik van sociale media en ons reisgedrag zijn we steeds meer met elkaar vervlochten en kunnen keuzes elders in de wereld invloed hebben op ons dagelijks leven. Globalisering voltrekt zich soms binnen de kaders van de democratie, maar vaak ook niet. Het is belangrijk dat leerlingen inzicht ontwikkelen in deze thematiek en worden toegerust om de betekenis van globalisering te zien voor hun hun eigen leven en leefomgeving, voor nu en in de toekomst.
Leerlingen leren welke zienswijzen er zijn op globalisering en onderzoeken de voor en nadelen hiervan. Leerlingen leren over de invloed van globalisering op het gebied van migratie, duurzaamheid, technologische ontwikkelingen en verdelingsvraagstukken. Daarnaast leren leerlingen over het Nederlandse lidmaatschap van verschillende internationale organisaties en welke invloed dit op ons heeft. Leerlingen leren later in de schoolcarrière een mening te vormen over morele of ethische vraagstukken die met globalisering samenhangen en waar mogelijk daarnaar te handelen. Globalisering kan geïntegreerd worden als thema in diverse vakken en profielen.
10. Technologisch burgerschap
Technologie biedt burgers veel mogelijkheden maar stelt ons ook voor uitdagingen. Technologisch burgerschap is een verzameling van rechten en plichten die het mogelijk maken dat mensen profiteren van de voordelen van technologie en hen beschermt tegen de risico’s.
Leerlingen dienen zich bewust te worden van de invloed van technologische ontwikkelingen op hun eigen leven en op dat van anderen. Ze leren omgaan met deze ontwikkelingen en vergaren kennis over relevante ontwikkelingen in de technologie en reflecteren hierop. Leerlingen leren vraagstukken die over technologische ontwikkelingen gaan te analyseren en er een mening over te vormen. Het is goed om deze bouwsteen te betrekken bij thema’s als globalisering en duurzaamheid, omdat het hier vaak verband mee houdt.